Alanus (engel) komt bij me. Hij zegt: "Al het lof zij Jesus."
"Vandaag herdenken de burgers in jouw land de doden door begraafplaatsen te bezoeken en grafplaatsen te versieren met vlaggen, bloemen enzovoort. Maar wat ik je wil laten zien zou het standpunt van alle mensen over het hiernamaals moeten veranderen als ze met oprechte harten deze visie van Het Vagevuur ingaan."
Vervolgens leidt hij me, mystisch, langs een pad dat lijkt te zijn bedekt met doornstruiken. We gaan een beetje omhoog en hij vraagt me naast hem te staan aan de rand van een rotsige klif. Hij maakt een beweging met zijn arm, en onder ons is een grote canyon. Aan één einde zijn grote vlammen. Het lijkt alsof mensen in silhouetten op en neer bewegen in deze vlammen. Er zijn luide smachten om barmhartigheid en roepen van pijn, maar dit verlicht het lijdende niet.
Alanus zegt, "Dit zijn de zielen die het meest gebed en offer nodig hebben. Dit is het laagste deel van Het Vagevuur--het gedeelte dat het dichtst bij de Hel zelf ligt. Veel lijdende hier, want niemand bidt voor hen. Ze werden in hun leven als 'goed' beschouwd--sommigen zelfs als 'heilig'--maar het was allemaal een façade. Veel priesters zijn onder deze arme zielen, omdat ze niet trouw waren aan de precepten van de Kerk."
"Er zijn die over anderen hebben gelogen en hun reputatie verwoest. Dit zijn zij." Hij toont me zielen waarop smeltend lood wordt gegoten in hun keel. Het brandt gaten door hun hals, maar het stopt niet. Op een richel rond dit vuur staan veel engelen--meer dan ik kan tellen. Alanus zegt, "Dit zijn de bewakerengelen van die arme zielen die op dit niveau worden gezuiverd. Door al dat lijden is de grootste proef voor de zielen scheiding van God."
Ik zag zielen die leken alsof hun vlees smolt weg. Dit was ook eindeloos. Alanus zei, "Dit zijn hen die schuldig waren aan zonden van het vlees."
We gingen verder om het volgende niveau te bekijken. Het leek alsof er iets als water over het vuur werd gegoten zodat de vlammen kleiner werden--niet zo intensief. Alanus zei, "Bloed en water van de Zijde van Jezus stroomt voortdurend op de zielen op dit niveau." De zielen leden, maar al hun lijden leek meer
op neer. En om een of andere reden leken de zielen meer verenigd. Ze hielden hun handen opgeheven richting een opening. Het leek alsof ze smachtten naar barmhartigheid. Alanus vertelde me, "Ze lijden intens omdat zij niet in Gods Aanwezigheid zijn."
Wij gingen door naar wat erop leek als een veel beter gebied. Deze zielen leken meer op mensen, maar ze waren grijs. Alanus zei, "Dit zijn degenen die het dichtst bij het Paradijs staan. Ze zijn bijna volledig gezuiverd. Ze hebben misschien één Mis nodig, of één rozenkrans; misschien één Weesgegroet om in eeuwige vreugde te treden."
"Zo zie je dat het versieren van graven niet wat zielen, die al lang zijn overleden, roepen. Veel brengen lange eeuwen door in het Vagevuur, omdat hun geliefden denken dat ze in de Hemel zijn. Als jij voor deze heilige zielen bidt en offers doet, dan helpen zij jou nu en op het uur van je dood."
"Maak het bekend."