woensdag 11 april 2018

Woensdag 11 april 2018

Woensdag 11 april 2018: (St. Stanislaus)

Jezus zei: “Mijn zoon, je hebt om een bericht gevraagd over één van jullie plaatsen om te praten met jezelf en vader Michel. Ik toon jou een kerk waar dit kan plaatsvinden, als de mensen het in hun hart hebben om jullie beiden toe te laten spreken. Als jullie blijven geweigerd worden toegelaten, doe dan wat Mijn apostelen deden toen zij werden geweigd. Zij schudden het stof van hun voeten als getuigenis tegen die stad. Je staat de duivel tegenover die je hindernissen in je pad gooit. Bid voor deze locatie, maar als ze weigeren, ga dan door naar een andere plaats. Mijn engelen zullen voor jullie uitgaan om jullie te beschermen en te leiden naar jullie bestemming. Ik zegent jouw voor het evangeliseren van de mensen, zelfs al ontvang je niet veel financiële steun. Mijn getrouwe dienaren zijn waardig van hulp onderweg.”

Jezus zei: “Mijn volk, jullie zien hoe kwaadaf is in Mijne ogen. Jullie weten hoeveel vuil en stinkend een riool kan worden. Jullie moeten ook begrijpen hoe Ik de stank en het vuil van de zonden van jullie maatschappij moet dragen. Als je om jezelf heen kijkt met ogen des geloofs, zie je mensen samenwonend in overspel, anderen die homohuwelijken sluiten. Nog andere veranderen hun geslacht. Je ziet ook abortus, anticonceptie, pornografie en veel drugverslaafden. Ondanks al dit ontwijken deze zelfde mensen de biecht, en sommigen ontvangen de Heilige Communie in doodzondige staat. Ik weet dat jullie bidt voor zondaars, maar velen in jullie maatschappij verzetten zich tegen Mijn wetten, en zij tonen geen liefde voor Mij. Nu begrijpt u hoe de stank van jullie zonden tot aan de hemel reikt, en jullie maatschappij roept om mijn straf. Als je zo weinig mensen zie die naar de biecht komen of berouw tonen, kun je inzien hoeveel kwaad er is in jullie maatschappij. Wanneer Ik Mijn Waarschuwing breng, wees dan niet verbaasd dat slechts een klein aantal zal worden bekeerd. Bid door voor jouw familieleden om gered te worden. Want veel zielen zijn geroepen tot berouw, maar alleen enkele zijn waardig van de hemel.”